Gisteren ben ik naar De Zeevang gereden omdat ik zin had vogels te zien 🙂
Tot in de 13e eeuw was de Zeevang – de naam zegt het al – gevangen door de zee. Toen de zee eenmaal buitengesloten was, ontstond er een patroon van lange, smalle graslanden, brede sloten en lintdorpen op de dijken. De grutto voelt zich hier thuis. In het voorjaar zijn de weidevogels vanaf de klemweg goed zichtbaar. In de winter vind je hier een grote rijkdom aan groepen overwinterende vogels.
Toen ik er bijna was, kon ik niet verder, er was een wegomlegging, dus via Keulen naar Aken gereden en de tank was ook nog bijna leeg. Nou ja uiteindelijk ben ik er gekomen en moest het stellen met heel veel smienten die daar overwinteren. Schuwe eenden zijn het, als je rustig aan komt rijden raken ze al in paniek, dus rustiger dan rustig gedaan. Ik reed op een doodlopend stuk en daar komt verder niemand, dus hoefde ik me niet opgejaagd te voelen. Vanuit de auto een paar foto’s genomen, twee laat ik er zien en de derde foto heb ik jaren geleden een keer genomen vanuit een laag standpunt.
De smient wordt om zijn kenmerkende roep ook wel ‘fluiteend’ genoemd. In Nederland broeden slechts enkele paartjes, maar in de winter is de smient talrijk aanwezig. Smienten komen vanuit Scandinavië en Siberië naar Nederland om te overwinteren. Een aanzienlijk deel van de Noordwest-Europese populatie overwintert hier: het zijn er honderdduizenden. Daarom heeft Nederland een extra verantwoordelijkheid om voor de smient te zorgen. Op een winteravond is hun alleraardigste, fluitende roep te horen als smienten overvliegen: op weg naar het zuiden of op weg naar de graslanden, om hun buikjes vol te eten.


